woensdag 22 juli 2009
Het VRIND-rapport bundelt aan de hand van indicatoren cijfergegevens over de verschillende bevoegdheidsdomeinen van de Vlaamse overheid. Bij aanvang van de legislatuur wordt telkens gezocht naar indicatoren die het best het vooropgezette beleid en de mogelijke effecten ervan in beeld kunnen brengen. De beleidsraden – waar de minister en zijn administratie samen zitten – leggen die indicatorenset jaarlijks vast. Waar mogelijk worden de cijfers vergeleken met internationale cijfers.
Het VRIND-rapport van 2009 pakt voor de sector van het sociaal-cultureel volwassenenwerk uit met cijfers over 2007. De sociaal-culturele verenigingen tellen lichtjes meer afdelingen ten opzichte van 2006, de spreiding ervan over de provincies blijft nagenoeg gelijk en er kwam één erkende vereniging bij in 2007. Voor de andere werksoorten is er in het rapport niets nieuws onder de zon.
Ongeveer een vijfde van de bevolking neemt niet deel aan culturele activiteiten (inclusief bioscoopbezoeken). De voorbije jaren zijn er slechts lichte schommelingen in het aandeel van deze non-participanten. De onderzoekers merken op dat cultuurparticipatie een gebruik is dat slechts traag verandert. Het effect van huidige maatregelen om de cultuurparticipatie te bevorderen is daarom niet steeds meteen zichtbaar.
De vaststelling blijft dat lager opgeleiden minder aan cultuur participeren dan hoog opgeleiden. Het aantal non-participanten bij de laagstopgeleiden is ruim het dubbele van het Vlaamse gemiddelde en er is bij de hoogopgeleiden maar een heel klein percentage dat helemaal niet participeert.
Je kan het volledige rapport downloaden of gratis bestellen op de website van de Studiedienst van de Vlaamse Regering. |