Beginpagina > Allochtone jeugdverenigingen; het deugdzame omwegje?


Allochtone jeugdverenigingen; het deugdzame omwegje?

maandag 12 maart 2012

Het jeugdwerk in Vlaanderen is sterk en gezond, maar Vlaamse jongeren en hun leeftijdsgenoten met een kwetsbare achtergrond ontmoeten elkaar niet, zegt de Raad van Europa. Vlaams minister van Jeugd Pascal Smet (sp.a) reageerde met een mogelijke oplossing: onder de bestaande koepels van jeugdbewegingen een aparte jeugdbeweging oprichten voor allochtone jongeren. Goed voor een pittige discussie in de Commissie Jeugd van 28 februari.

Onlangs werd een rapport van de Raad van Europa over het Vlaamse jeugdwerk voorgesteld. Het jeugdwerk in Vlaanderen is zeer solide en duurzaam. Maar jongeren met een kwetsbare achtergrond, en meer bepaald allochtone jongeren, vinden moeilijk hun gading in dit traditionele aanbod, zo zegt het rapport: "De traditionele bewegingen willen wel, maar weten niet hoe."

Minister van Jeugd, Pascal Smet, erkent de Europese opmerkingen en is alvast klaar voor het debat. Als klassieke oplossingen onvoldoende werken, moet men anders denken en misschien een omweg nemen. De minister verwijst hierbij naar het belang van de emanciperende kracht van eigen verenigingen als het gaat om bijvoorbeeld de arbeiders-, vrouwen- of holebi-beweging. De minister ziet, als mogelijk omwegje om te komen tot een meer divers jeugdwerk, de oprichting van allochtone jeugdbewegingen binnen de bestaande koepels (zoals bijvoorbeeld KSJ, Chirojeugd Vlaanderen...). De minister refereert hierbij naar KAV-intercultureel. Maar, zegt de minister, hij ziet dit als een eerste fase, een overgang. Midden april is over dit thema een doe-en-denkdag met het veld gepland.

Ward Kennes (CD&V) reageert met kennis van zaken op het voorstel van de minister en op de kritiek van vooral LDD, N-VA en natuurlijk Vlaams Belang. Allochtoon jeugdwerk bestaat reeds. Of men dit ideologisch fijn vindt of niet, het is een realiteit. “Het lijkt me de overheid niet toe te komen te oordelen dat ze vies is van een bepaald kenmerk dat mensen bindt, en tegen te gaan dat mensen zich op basis daarvan organiseren.[…] De deur van de bestaande jeugdverenigingen moet open blijven. Maar we mogen niet a priori uitsluiten dat het zich organiseren vanuit die allochtone achtergrond een meerwaarde kan hebben.” Ward Kennes vraagt zich af of ooit een evaluatie van reeds gesubsidieerde zelforganisaties van jongeren én volwassenen gebeurde. Leiden deze zelforganisaties tot integratie of tot segregatie, zoals sommigen vrezen of denken?

De conclusies van enkele (schaarse!) studies (zie onder) wijzen alvast op een sterk integrerend effect. Etnisch-cultureel diverse burgers die lid zijn van een zelforganisatie beheersen het Nederlands beter, beschikken over meer praktische vaardigheden (zoals vergaderen), hebben meer zelfvertrouwen en een grotere kennis van de samenleving. Bovendien blijkt dat mensen die actief zijn in de verenigingen van etnisch-culturele minderheden ook vaker actief zijn in andere Vlaamse organisaties.


  • Fennema, M. & Tillie, J.(2004). Civic communities and Multicultural Democracy. In: S. Rssteutscher (ed.), Social Capital: a Democratic Elixir? Routledge.
  • Penninx, Rinus, van Heelsup, Anja (2004). Bondgenoot of spelbreker? Organisaties van immigranten en hun mogelijke rol in integratieprocessen. Forum, Utrecht.
  • Swyngedouw, M., Phalet, K. & Deschouwer, K., (eds.) (1999). Minderheden in Brussel. Socio-politieke houdingen en gedragingen. VUBPress, Brussel.

Blijf op de hoogte: abonneer je op ons Digizine, of volg ons op Twitter.

De activiteit van de site opvolgen RSS 2.0 | Disclaimer | Overzicht van de site | Privé-site | SPIP | OWA