Beginpagina > Leren na de schoolbanken: Vlaanderens blinde vlek


Leren na de schoolbanken: Vlaanderens blinde vlek

woensdag 6 november 2013

Leren op het werk en in de vrije tijd zit in de lift, maar de Vlaamse regering bouwt het beleid af.

Leren zit in de lift

We spenderen steeds meer tijd aan leren, ook buiten de werkuren. Dat blijkt uit de Kluwer Learning Indicator 2013, een grootschalig onderzoek naar professioneel leren, dat onlangs verscheen. Uit het onderzoek blijkt dat iets meer dan de helft van de 6.211 respondenten ook buiten de werkuren bijleert voor het werk. Belangrijk is ook dat de manier waarop we leren aan het veranderen is: weg van de schoolbanken. Informeel leren zit in de lift: de absolute voorkeur – vooral bij de jongeren - gaat naar leren van elkaar.

Vlaanderen scoort slecht

Deze bevindingen geven helaas slechts een deel van de werkelijkheid weer. Vlaanderen heeft immers een slecht rapport als het op leren bij volwassenen aankomt. In 2012 geeft 6,8% van de bevolking aan een opleiding te hebben gevolgd. Dat is minder dan in 2011 en zet een dalende trend verder. Het Vlaamse Gewest belandt daarmee in de Europese middenmoot. In vergelijking met de vijftien benchmarkregio’s waar Vlaanderen zich aan spiegelt, is het beeld nog dramatischer: we komen niet verder dan de derde laatste plaats (zie ook vorige berichtgeving). Nochtans mikt de Vlaamse overheid op een deelname van 15% van de actieve bevolking tegen 2020.

Sociaal-culturele indicatoren stabiel

Ook de FOV, federatie sociaal-cultureel werk, ziet het genuanceerder. Met onze jaarlijkse leermonitor, Boekstaven, tellen we jaarlijks zo’n 320.000 deelnames aan 47.000 sociaal-culturele vormingsuren. Die cijfers zijn grosso modo stabiel.

Kloof

Hoe komt het dan dat de cijfers elkaar schijnbaar tegenspreken? Kluwer is positief, Vlaanderen negatief, de sociaal-culturele indicatoren ergens ertussen. Volgens ons ligt het aan de kloof tussen leerders en niet-leerders die steeds groter wordt. Die toenemende dualisering leiden we ook af uit de bevraging van Kluwer: het zijn vooral leidinggevenden die tot de superleerders kunnen worden gerekend.

Blinde vlek in het beleid

Deze manke situatie heeft alles te maken met het feit dat de Vlaamse regering niets doet om een positief leerklimaat mogelijk te maken. Een actueel voorbeeld? Deze week bespreekt het Vlaams Parlement de begroting voor 2014. Opnieuw blijkt dat minister Muyters fors op de opleidingscheques wil besparen. Voor de tweede keer op drie jaar tijd bouwt de Vlaamse regering dit systeem verder af.

Tijd voor actie

Vlaanderen moet van koers veranderen. Na de verkiezingen moet de nieuwe Vlaamse regering van start gaan met een daadkrachtig actieplan niet-formele educatie. De Vlaamse overheid, het middenveld, het onderwijs en het bedrijfsleven moeten de handen in elkaar slaan om niet-formele educatie onder de aandacht te brengen. Waarom geen “open ruimte actie” die scholen, universiteiten én bedrijven ertoe aanzet om hun accommodatie open te stellen voor niet-formele leerinitiatieven? En vooral… veel inzetten op niet-formeel leerinitiatief voor alle mensen met een educatieve of sociaal-economische achterstand. Ruim 40 % van de sociaal-culturele vormingsorganisaties werkt met deze mensen. Niet-formele en informele educatie is de ‘core business’van het sociaal-cultureel werk: honderdduizenden mensen leren van elkaar in hun vrije tijd, in verenigingen, bewegingen en bij vormingsorganisaties. Al deze leerervaringen dragen bij tot een gezond leerklimaat, zowel op als naast de werkvloer.

Maar met de beperkte ondersteuning blijft het dweilen met de kraan open. Waarom maakt de Vlaamse regering niet meer van deze ervaringen gebruik?

Dirk Verbist
directeur FOV - federatie sociaal-cultureel werk


Blijf op de hoogte: abonneer je op ons Digizine, of volg ons op Twitter.

De activiteit van de site opvolgen RSS 2.0 | Disclaimer | Overzicht van de site | Privé-site | SPIP | OWA