Europese invloeden op levenslang leren

3Transparantie in kwalificaties3 Tijdens het symposium werd ondermeer aandacht besteed aan de Vlaamse kwalificatiestructuur en aan kwaliteitszorg als noodzakelijke voorwaarde om de kwalificatiestructuur werkbaar te maken. In het FOV-digizine van 17 maart 2006 werd het systeem van de Europese kwalificatiestructuur (EQF) beschreven. De Vlaamse kwalificatiestructuur is de afgeleide van de Europese kwalificatiestructuur. Met de introductie van kwalificatiestructuren wenst men de mobiliteit op de arbeidsmarkt te verhogen en de deelname aan leeractiviteiten te stimuleren in het kader van het levenslang en levensbreed leren. Kwalificaties tussen verschillende onderwijs- en opleidingssystemen en tussen het formeel en het niet-formeel leren binnen de EU-lidstaten worden vergelijkbaar. De kwalificatiestructuur werd door Rita Dunon van het Vlaamse Ministerie van Onderwijs en Vorming op het symposium voorgesteld als een raamwerk met 8 niveaus. Ieder niveau bevat een algemene omschrijving van competenties. Op basis van een vergelijking met de niveauomschrijvingen komt men tot een positionering van kwalificaties in een raamwerk. Het gaat hier om kwalificaties die verworven worden na een evaluatieproces. De instanties die een kwalificatie uitreiken aan een individu moeten de garantie bieden dat de veronderstelde competenties wel degelijk verworven zijn.

3Meer kwaliteit in volwasseneneducatie door internationalisering3 Tijdens het symposium werden de eerste resultaten gepresenteerd van een onderzoek bij 54 deelnemende organisaties aan het Europese Programma Grundtvig over de kwaliteitsbevordering door internationale samenwerking. De grootste groep respondenten zijn de centra voor volwassenenonderwijs en sociaal-culturele organisaties. 60% van de respondenten geeft weer dat door deelname aan Grundtvig de medewerkers vakinhoudelijke competenties ontwikkelen. De meerderheid van de respondenten vormen door Grundtvig netwerken en partnerschappen en wisselen informatie en expertise uit. Uit de bevraging blijkt dat de meerderheid van de projecten tijdens de projectmeetings met partners geëvalueerd wordt. 90% van de respondenten geeft weer dat projectdeelname motiverend werkt voor het beroep en voor het professionele netwerk.