Vreemdelingen en vrijwilligerswerk

Een wetsontwerp als reactie op de platformtekst

De wet betreffende de rechten van de vrijwilligers trad op 1 augustus 2006 in werking. De nieuwe wet wilde vrijwilligerswerk voor vreemdelingen (ruimer) toegankelijk te maken. Het uitvoerend KB is echter nog steeds niet verschenen. Hierdoor blijft een grote groep buitenlandse vrijwilligers uitgesloten van vrijwilligerswerk (cfr. de arbeidskaartreglementering).
Om wat druk op de politieke ketel te zetten, lanceerden het Vlaams Minderhedencentrum en Vluchtelingenwerk Vlaanderen een platformtekst die door tal van organisaties werd onderschreven (zie vorige berichtgeving). De tekst bevatte een voorstel om de zaak juridisch te regelen. Op 6 maart maakten de twee organisaties de tekst over aan het kabinet van toenmalig minister van Werk, Josly Piette. De minister formuleerde daarop een eigen voorstel.

Een beleidsnota, een advies en opnieuw een wetsvoorstel

Dit voorstel ging voor advies naar de Hoge Raad voor Vrijwilligers en naar de Adviesraad voor de tewerkstelling van buitenlandse werknemers.

Midden april engageerde de nieuwe minister voor Werk en Gelijke Kansen, Joëlle Milquet, zich in haar beleidsbrief tot het vinden van een oplossing voor het probleem. Zij beloofde de tekst van haar voorganger in een wetsontwerp om te zetten van zodra de gevraagde adviezen afgeleverd zouden worden.
Het advies van de Hoge Raad voor Vrijwilligers werd op 6 mei via brief doorgestuurd naar minister Milquet. Het officiële advies verschijnt later, samen met een document dat de context van het advies schetst. Er werd negatief geadviseerd over het voorstel van het kabinet Piette. Het eerdere voorstel van het Vlaamse Minderhedencentrum en Vluchtelingenwerk Vlaanderen werd door de Raad opnieuw naar voren geschoven.

De Adviesraad voor de tewerkstelling van buitenlandse werknemers bracht nog geen advies uit.

Op 1 juli diende Nahima Lanjri (CD&V) samen met parlementsleden uit andere partijen een wetsvoorstel in om de kwestie te regelen. Dit wetsvoorstel zal pas in het komende parlementaire jaar kunnen worden besproken.