vrijdag 13 december 2013
De FOV houdt de budgettaire evolutie over de verschillende jaren in detail bij. Hieruit blijkt dat sinds de start van deze legislatuur de Vlaamse subsidies voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk een kloof vertonen van ruim 12 procent. De sociaal-culturele bewegingen tekenen voor een tekort van 28 procent, de verenigingen zagen hun subsidies met bijna 8 procent dalen en de vormingsinstellingen met ruim 14 procent. Binnen deze laatste werksoort zijn het vooral de volkshogescholen die ruim een kwart van hun subsidies verloren.
Ook de feitelijke verdamping van de mogelijkheid om nog met opleidingscheques te werken, het schrappen van de experimentele ondersteuning van sociaal-culturele verenigingen en een trits andere maatregelen zorgden ervoor dat de sociaal-culturele organisaties tijdens deze legislatuur aardig meedeelden in de klappen die de financiële crisis veroorzaakte. Een positieve keerzijde van de medaille is dat de geleidelijke toename van de middelen voor het Vlaams Intersectoraal Akkoord (in 2012 en 2013) een deel van de stijgende loonkosten compenseerde.
Met Boekstaven (zie vorige berichtgeving) onderzoeken we jaarlijks de algemene evolutie van alle middelen van onze organisaties. Hieruit blijkt dat in 2011 de financiële cijfers van onze sector in het rood doken: alle belangrijke inkomstenbronnen worden kleiner, er is een terugval in het arbeidsvolume...
Tijdens hetzelfde parlementair debat bevestigde de minister dat zij het terecht belangrijk vindt dat er in het decreet lokaal cultuurbeleid nog steeds sprake is van de verplichting voor gemeentebesturen –althans deze die Vlaamse cultuursubsidies wensen- om minstens 0,8 euro per inwoner te besteden aan het verenigingsleven.
Maar uit een recente bevraging van de VVSG (pdf-link) blijkt dat de gemeentelijke begrotingen voor de volgende jaren er voor de verenigingen ook niet overal even goed uitzien. Zowel op de dienstverlening, de retributies als de rechtstreekse subsidies zoeken heel wat gemeenten naar middelen om hun tekorten op te vangen. 41 % van de gemeenten wil de diensten aan burgers, verenigingen en bedrijven afbouwen, in 71 % van de gemeenten gaan de retributies omhoog en in 24 % van de gevallen snoeien gemeenten in de rechtstreekse subsidies aan het verenigingsleven.