Vereenvoudiging btw in het gedrang

Het was nochtans de Belgische overheid zelf die bij Europa toelating vroeg om kleine ondernemingen btw-vrijstelling te mogen verlenen. De deal was dat ondernemingen met een omzet van minder dan 25.000 euro vrijgesteld zouden worden van btw-verplichtingen. De regering stak die pluimen eerder dit jaar fier op haar hoed.

Algemeen werd verwacht dat het nodige wetgevend werk niet lang op zich zou laten wachten. Maar er kwam een kink in de kabel. De invoering werd alvast uitgesteld naar 2014. Vorige week besliste de regering bovendien deze maatregel niet mee te nemen in het pakket fiscale vereenvoudigingen, maar door te schuiven naar het relancedebat. Meteen daalde ook het grensbedrag in de voorstellen van 25.000 naar 15.000 euro. En er is aanvullend rekenwerk nodig.

Peter Warson, voorzitter van de FOV, federatie sociaal-cultureel werk: “Je staat er niet meteen bij stil, maar ook verenigingen krijgen te maken met de btw-regels. Deze vrijstelling is voor ons dan ook een concrete stap in de verlichting van administratieve overlast voor vzw’s. Maar nu wordt het wachten op Godot: waarom makkelijk als het ook moeilijk kan. We vragen dat de federale overheid haar beloftes nakomt.”

Het Belgische uitstel is opmerkelijk. Zeker als je weet dat Europa, orthodox in de leer van de eerlijke concurrentie, zonder verpinken in haar goedkeuring vermeldt dat de toegekende maatregel neerkomt op “een vereenvoudiging, omdat dit de btw-verplichtingen voor de kleinste ondernemingen aanzienlijk kan verminderen” en dat de maatregel “geen noemenswaardige invloed [zal] hebben op de totale btw-opbrengsten van België”.