Beginpagina > Een kloof tussen verhaal en praktijk


Een kloof tussen verhaal en praktijk

woensdag 11 mei 2016

Vlaams cultuurminister Sven Gatz heeft in de conceptnota een straf verhaal neergezet over het sociaal-cultureel volwassenenwerk. De overgrote meerderheid van onze sector kan zich hier dan ook in vinden. Maar wanneer hij in dezelfde conceptnota het concrete beleidskader op de rails zet, wordt de kloof met zijn straf verhaal groot en het draagvlak in de sector angstvallig klein.

85 % van de organisaties positief over uitgangspunten

Uit een recente bevraging van onze leden blijkt dat niet minder dan 85 % van de organisaties zich volmondig kan scharen achter een aantal belangrijke uitgangspunten in Gatz’ conceptnota: het civiel perspectief, het werken vanuit vertrouwen (boven verantwoording), een optimale werkingsvrijheid creëren, de planlast tot een minimum beperken,… De minister heeft hiermee een grondtoon gezet die naar onze mening veel kansen biedt voor de verdere besprekingen.

Niet enkel de minister schreef een conceptnota, ook de parlementsleden Meremans, Idrissi en Caron deden dit (zie eerdere berichtgeving). Al deze nota’s bieden heel wat gespreksstof die aansluit bij de thema’s die de FOV eerder ook naar voor schoof. Ook wij wilden mee zoeken naar het opheffen van de gesloten grenzen tussen werksoorten, ook wij wilden een kader dat ruimte geeft aan nieuw initiatief (instroom) en de mogelijke uitstroom voor negatief geëvalueerde organisaties sneller toepast dan vandaag, ook wij wilden een subsidiesysteem dat meer dynamiek toelaat, …

Ruimte geven om de missie te realiseren

Maar tegelijk gingen we er ook van uit dat een toekomstgericht beleidskader meer ruimte geeft aan organisaties om hun missie te realiseren: intersectoraal, intergenerationeel, internationaal, … Hier denkt de minister jammer genoeg niet overtuigend in mee. Het kader dreigt zelfs smaller te worden dan vandaag: zo geeft hij signalen dat de mogelijkheden om buiten de vrije tijd te werken strikter zullen zijn dan vandaag. Dit zou niet alleen voor vormingsorganisaties, maar bijvoorbeeld ook voor bewegingen een serieuze beknotting van hun missiegedreven werk betekenen. En dus het omgekeerde effect hebben dan wat hij beoogt.

95% van de organisaties staat niet achter het beleidskader

Het valt op dat zijn voornaamste focus ligt op het voor de overheid beheersbaar maken van allerlei procedures, beoordelingen en subsidietoekenningen. Ook wij vinden dat belangrijk. Enige realiteitszin kan geen kwaad. Maar de manier waarop één en ander in een beleidskader wordt gegoten, roept veel vragen op en zelfs weerstand op. 95 % van de organisaties vindt de voorstellen geen vooruitgang.

Het valt ook op dat het geen praktische toepassing is van zijn eigen uitgangspunten. Integendeel: door leentjebuur te spelen bij het kunstendecreet, door tijdspaden onrealistisch in te vullen voor organisaties, door minstens onzorgvuldig om te gaan met het dialoogprincipe bij evaluatie en beoordeling, door geen sleutels in te bouwen voor wat er moet gebeuren als de middelen voor positief geadviseerde groei en vernieuwing ontoereikend zijn, door al deze vooropgestelde maatregelen zal de vrijheid voor organisaties feitelijk kleiner zijn, zal het civiel perspectief doorkruist worden door dreigende politiek lobbywerk en/of instrumentalisering en zal de onbeheersbaarheid (voor organisaties én de overheid zelf) manifest zijn.

We werkten dit verder uit in Beleidspost. Je kan die lezen op deze webpagina.


Blijf op de hoogte: abonneer je op ons Digizine, of volg ons op Twitter.

De activiteit van de site opvolgen RSS 2.0 | Disclaimer | Overzicht van de site | Privé-site | SPIP | OWA