Beginpagina > Betere kijk op onze subsidies


Betere kijk op onze subsidies

dinsdag 3 oktober 2006

Steven Vanackere (CD&V) stelde tijdens de zomervakantie een uitermate interessante vraag aan minister van Cultuur Anciaux. Vanackere wou immers weten hoe het decreet voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk in de voorbije jaren voor de verschillende werksoorten werd gehonoreerd. Anciaux gaf een zakelijk en overzichtelijk antwoord. Hopelijk wordt de detaillering doorgetrokken bij de opmaak van de begroting 2007.

3Eén cijfer volstaat niet3 De FOV heeft er van in den beginne op gehamerd dat de bekendmaking van slechts één cijfer in de begroting van de Vlaamse Gemeenschap tekort doet aan de variëteit van de sector. Het is wenselijk dat iedere betrokkene weet hoe het decreet budgettair wordt toegepast. In plaats van één allocatie heeft de FOV steeds geijverd voor een opsplitsing in meerdere allocaties (één per onderdeel van het decreet). In de Commissie Cultuur van het Vlaams Parlement werd de FOV-vraag door verschillende politici overgenomen. Bij de bespreking van de eerste begrotingscontrole 2006 zegde minister Anciaux toe hiermee bij de komende begrotingsopmaak rekening te houden.

3Een mooi overzicht3 Steven Vanackere, die voor de CD&V het cultuurbeleid van nabij opvolgt, was één van de politici die reeds eerder aandrong op duidelijkheid over de subsidiëring. Hij goot die betrachting in een schriftelijke parlementaire vraag.
Het antwoord van de minister is zakelijk en overzichtelijk. In een tabel worden de cijfers vermeld van de uitgekeerde subsidies voor de jaren 2004 en 2005 en van de geprojecteerde subsidies voor 2006. Meer dan gevraagd wordt niet alleen opgesplitst naar werksoort, maar ook naar subwerksoort.
Omdat de cijfers voor de jaren 2004 en 2005 reeds zijn uitgekeerd en dus bekend, focussen we op de gegevens voor 2006. Het gaat om subsidietotalen, die nog niet zijn geïndexeerd.

3Een paar kanttekeningen3 Als we de tabellen voor 2004 tot 2006 analyseren komen we tot een paar interessante vaststellingen. Het decreet werd tot dusver vrij correct uitgevoerd. Tussen voormalig minister van Cultuur Van Grembergen en de sector was overigens een budgettair uitvoeringsscenario afgesproken, dat quasi integraal werd uitgevoerd.
De flankerende maatregelen, die met enige moeite werden bedongen en die de mutatie van nogal wat personeel naar andere organisaties moest regelen, speelden nog een belangrijke rol in 2004. De oprichting en uitbouw van de volkshogescholen werd budgettair over 2 jaren uitgesmeerd. Pas vanaf 2005 konden de volkshogescholen genieten van de subsidiesleutel die in het decreet is opgenomen (1,5 euro per inwoner in hun werkgebied). Niet alle volkshogescholen hebben overigens in 2005 dit "trekkingsrecht" opgenomen.
Voor alle werksoorten werd in de voorbije jaren stipt vertrokken van de enveloppen die bij de start van het decreet waren vastgelegd. Of de enveloppenbepaling evenwel een getrouwe weerspiegeling was van de budgettaire behoeften en noden is eerder een bespreekpunt bij de komende evaluatie van het decreet.
De cijfers voor 2006 lijken eveneens een correcte weergave te zijn van de subsidierechten, die in het decreet zijn vastgelegd.

3Indexering is zwakke(re) punt3 In het decreet is vastgelegd dat de subsidie-enveloppe jaarlijks wordt geïndexeerd. In dat bedje blijft de overheid soms ziek.
In 2004 waren de middelen ontoereikend om het decreet, inclusief de vastgelegde indexering, integraal uit te voeren. Alle werksoorten - het gelijkheidsbeginsel wordt voor de verschillende werksoorten wel consequent toegepast - kregen in 2004 een indexaanpassing van 1,17 percent. Dit is 1,10 percent minder dan het formele indexcijfer voor dat jaar (een indexaanpassing met 2,27 percent). In 2004 hebben de organisaties dus gevoelig wat subsidies moeten derven.
Voor het jaar 2005 slaagde men er evenwel in de volledige indexering toe te passen. De basisbedragen van de enveloppe werden met 5,23055 percent verhoogd). Het niet opnemen van het volledige subsidiebedrag bij een aantal volkshogescholen maakte dit mede mogelijk.
Voor 2006 is nog geen uitsluitsel te geven over de indexering. Voor de subsidiëring van alle organisaties is een bedrag van 46.022.000 euro ingeschreven in de begroting 2006. De subsidie-enveloppen bedragen voor 2006 44.682.932,11 euro, evenwel zonder index. Het Belgische planbureau projecteert momenteel voor het jaar 2006 een indexpercentage, dat toegepast op het decreet voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk, neerkomt op 7,2927 percent. Dit zou een globaal bedrag van 47.941.524,30 euro noodzakelijk maken. Wanneer we dit bedrag bovenop de beschikbare middelen leggen, zal de minister van Cultuur en de rest van de Vlaamse regering nog 1.919.524,30 euro moeten opdiepen. Of dit kan uit het provisioneel krediet voor de indexering of zal moeten gepaard gaan met een budgetverhoging is momenteel nog niet duidelijk.

[(De subsidietabellen 2004 - 2005- 2006 zijn te vinden in het parlementaire document (rechterkolom))]


Blijf op de hoogte: abonneer je op ons Digizine, of volg ons op Twitter.
(59.5 kB)


De activiteit van de site opvolgen RSS 2.0 | Disclaimer | Overzicht van de site | Privé-site | SPIP | OWA