Beginpagina > ’Eigen-aardig’ VUB-onderzoek over educatieve functie


’Eigen-aardig’ VUB-onderzoek over educatieve functie

woensdag 25 oktober 2006

Aan de VUB werd recent een onderzoek afgerond over de eigenschappen, randvoorwaarden en afhankelijkheden van het sociaal-cultureel volwassenenwerk en zijn educatieve functie. De onderzoekers belichten een aantal uitdagende toekomstgerichte vragen over de educatieve functie die schijnbaar "typisch" is voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk.

3Hoe educatief is sociaal-cultureel volwassenwerk?3 Het sociaal-cultureel volwassenenwerk en educatie hebben iets met elkaar: ze kunnen niet zonder elkaar, maar vallen ook niet samen. Ze zijn [*principieel en historisch, maar ook decretaal aan elkaar verbonden*]. Vanuit deze vaststelling vertrokken de onderzoekers om de bijzondere relatie tussen het werk en de educatieve functie te achterhalen.
Ze interviewden hierover tal van beroepskrachten en experts en peilden naar hun zienswijze en houding tegenover de educatieve functie en hun eigen educatieve praktijken.

3Formeel of niet-formeel, that’s the question3 Wat maakt dat educatieve praktijken "typisch" sociaal-cultureel zijn? Een eenvoudig antwoord hebben de onderzoekers op die vraag niet gevonden.
De geïnterviewden duiden het niet-formele karakter van hun educatief werk voornamelijk in termen van [*’anders dan formeel onderwijs’*]. Het sociaal-cultureel volwassenenwerk is ’anders’ omdat het meer leefwereldgericht is, met open doeloriëntaties en kritische instellingen en vertrekt van de mogelijkheden van de deelnemers.
Is dat "typische" ook iets exclusief? Allerminst, zo blijkt uit de onderzoeksresultaten. Meer en meer komen andere [*educatieve actoren op het niet-formele terrein*]. Een duidelijke afbakening ontbreekt, net zoals een goede samenwerking. Als er al [*samenwerking*] is tussen het sociaal-cultureel volwassenenwerk, de centra voor volwassenenonderwijs, het VIZO, de VDAB, ... dan loopt die niet van een leien dakje.
En het is ook maar zeer de vraag of de sociaal-culturele organisaties met de aanbieders van voornamelijk formele educatie moeten of willen samenwerken. Het grootste deel van de geïnterviewden uit de sector kunnen alvast meer argumenten contra dan pro opsommen. Ze blijven er dan ook bij dat sociaal-cultureel volwassenenwerk ook beter past onder het [*beleidsdomein ’Cultuur’ dan onder ’Onderwijs’*]. Ze verkiezen ook de wat gedateerde term ’vorming’ boven het schools klinkende ’educatie’.

3De educatieve functie staat nooit alleen3 De onderzoekers vonden een vrij grote eensgezindheid over het samenspel tussen de educatieve functie van het sociaal-cultureel volwassenenwerk en zijn andere functies (de gemeenschapsvormende, de culturele en de maatschappelijke activeringsfunctie).

"Het kenmerkende van de educatieve functie volgens de respondenten is samen te vatten in drie woorden: ‘educatie in combinatie’. De veelzijdigheid van de sector en het werk komt in dit onderzoek naar voren als één van de belangrijkste eigenschappen. Educatie is dan slechts één zijde die voortdurend in wisselwerking staat met de andere functies van het sociaal-cultureel volwassenenwerk. Het is uit die [*multifunctionaliteit en complementariteit*] dat de sociaal-culturele praktijken hun kracht putten." (p.68)

3Prikkelende slotvragen3 In het slothoofdstuk van het onderzoek vatten de auteurs Buffel, Vanwing en Verté niet alleen de onderzoeksresultaten samen, ze stellen ook een aantal prikkelende vragen.
Blijft het sociaal-cultureel volwassenenwerk niet te veel "gesloten"? Is de sector niet te bang voor de onteigening van het "eigen terrein" als er samengewerkt wordt met andere aanbieders van volwasseneneducatie?

"We stellen ons de vraag of het afschermen van de “eigen socio-culturele winkel” onderling en van andere sectoren, kan leiden tot een rechtvaardiging en afbakening van het eigen domein."

Ook de transparantie in de sector is niet je dat, volgens het onderzoek. Dit hangt dan weer samen met de vrees om in een keurslijf van regels terecht te komen:

"Beroepskrachten en organisaties laten niet in hun kaarten kijken en zijn [*weinig bereid gegevens te verzamelen en vrij te geven*]. Deze koudwatervrees vinden we ook terug als het in de focusgroepen met beroepskrachten gaat over ontwikkelingen zoals EVC en het gebruik van leerbewijzen. Feit is dat er ondanks de vraag naar meer erkenning en acceptatie, een zekere angst bestaat vanwege beroepskrachten om in een te sterk gereguleerd kader terecht te komen."

Het [*formaliseren van (informele) leerprocessen*] en meegaan in functionele, utilitaire tendensen die in het volwasseneneducatieve bestel overheersen, willen de geïnterviewden uit de sector duidelijk vermijden.
Deze en andere conlusies uit het leeswaardige slothoofdstuk zetten ongetwijfeld aan tot reflectie over de plaats en betekenis van het educatieve karakter van sociaal-cultureel volwassenenwerk.

[(Download het volledige onderzoek ’Eigen-aardig Educatief’ in de rechterkolom.)]


Blijf op de hoogte: abonneer je op ons Digizine, of volg ons op Twitter.

De activiteit van de site opvolgen RSS 2.0 | Disclaimer | Overzicht van de site | Privé-site | SPIP | OWA