Participanten aan het sociaal-cultureel volwassenenwerk onderzocht

Onderzoek via twee insteken

Het onderzoek start vanuit twee onderzoeksvragen :

• Wat zijn de kenmerken van deelnemers aan het sociaal-cultureel volwassenenwerk?
• Wat zijn de kenmerken van hun deelname?

1.500 deelnemers aan het sociaal-cultureel volwassenenwerk namen deel aan het onderzoek. De gegevens over de werksoort bewegingen in het onderzoek zijn voorwaardelijk. Bewegingen werken immers heel verschillend. Hun acties zijn vaak eerder gericht publieksbereik dan op actieve deelnames.

Een bondig overzicht van de onderzoeksresultaten vind je in in de rechterkolom. De onderzoekspublicatie bevat een ‘werksoortelijk paspoort’ waarin de ‘gemiddelde participant’ beschreven wordt per werksoort.

Speech Gerda Van der Plas

Gerda Van der Plas, kabinetsmedewerkster van de minister van Cultuur Joke Schauvliege, greep de presentatie van de onderzoeksresultaten aan om een aantal beleidsaccenten toe te lichten.

• Ze pleitte voor verjonging in de sector. "Ook al kan de gemiddelde leeftijd van de participanten worden gerelativeerd, toch vinden we dit zorgwekkend. Niet alleen van de deelnemers trouwens, maar ook van vrijwilligers, bestuursleden én personeelsleden." Boekstaven spreekt dit laatste tegen: er zijn geen grote verschillen in de leeftijdsstructuur van het personeel in de sector ten opzichte van het Vlaamse gemiddelde. De gemiddelde werknemer is 41 jaar oud. Over de leeftijd van (bestuurs)vrijwilligers in de sector bestaan nog geen gegevens.
• Gerda Van der Plas ijverde ervoor om als sociaal-culturele volwassenensector blijvend aansluiting te vinden bij de huidige maatschappelijke uitdagingen. Op het einde van haar toespraak stelt Van der Plas enkele kritische vragen : “de vraag is: bieden we de juiste antwoorden, zijn we even snel als de maatschappelijke ontwikkelingen, volgen we of tonen we mee de weg? Is er voldoende ruimte, ook beleidsmatig en budgettair, om in te spelen op nieuwe noden in de maatschappij?" Net om met dat soort vragen om te gaan, voorziet het decreet voor onze sector de zogenaamde experimentenregeling. Die regeling geeft organisaties ruimte om met vallen en opstaan aan vernieuwing te werken. De experimentenregeling is wegens budgettaire redenen stopgezet.