vrijdag 26 februari 2016
Het onderzoek door IDEA leverde een mooie staalkaart op van financieringsinstrumenten: bekende en minder bekende, bruikbare en minder bruikbare. De minister heeft nu een uitgebreid menu in handen waaruit hij – na aftoetsing in de cultuursector - zijn keuzes kan destilleren. En dat allemaal in het kader van ondernemerschap in de cultuursector stimuleren, ondersteunen en stroomlijnen.
FOV benadrukte het al meermaals: inspiratie voor een zoektocht naar bijkomende middelen is altijd welkom, maar subsidies als structurele inkomstenbron voor de sociaal-culturele sector blijven nodig … én verantwoord bovendien. Vandaag (over)leven sociaal-culturele organisaties al dankzij de 60% aanvullende financiering die ze zelf binnen halen. Van ondernemerschap gesproken!
Minster Gatz sprak zich daarover formeel uit: subsidies worden niet (verder) afgebouwd. De nadruk ligt voor hem op het aanvullende karakter van de financieringsinstrumenten uit het Witboek.
Hij verwoordde meteen ook zijn toekomstdromen voor het Witboek: "Tegen het einde van de legislatuur gaan de subsidies omhoog. In de Good Country Index is en blijft Vlaanderen nummer 1 op vlak van cultuur. De financieringsinstrumenten werken. En gemengde financiering in de cultuursector wordt een evidentie!”
Om die dromen waar te maken, lanceerde hij alvast een aantal concrete voorstellen. Zo komt er een Cultuurbank, die micro-kredieten kan verschaffen aan organisaties. Het gaat om kleinere (tot € 7000) en rentearme leningen. Wie uitkijkt naar grotere investeringsfinanciering kan terecht bij Cultuurinvest, waar de minister de toelatingsvoorwaarden graag versoepeld ziet. Ook de Kunstkoopregeling (een ideetje uit Nederland) komt eraan. Wie kunst wil kopen (van na 1945) kan hiervoor tot € 7.500 lenen. De overheid betaalt de rente. Dat moet leiden tot een multiplicatoreffect. Het fiscaal beleidskader wordt ook aangepast: de ‘tax shelter’ wordt uitgebreid naar de podiumkunsten. Er kan dan geïnvesteerd worden in bijv. theaterproducties, met fiscale aftrek. Men hoopt hier eveneens toegang te verschaffen aan vzw’s . De gesprekken hierover met het ministerie van Financiën zijn lopende. Vanuit Cultuur wil men ook het flankerend beleid opkrikken. Zo denkt men aan een uitbreiding van het huidige Kunstenloket naar de hele cultuursector, wat dan moet uitmonden in een Cultuurloket. Het Cultuurloket krijgt volgende opdrachten mee: informeren, eerstelijnsadvies, opleiding en signaalfunctie. Daarnaast wordt ook ‘de samenwerking met andere sectoren mogelijk maken’ een aandachtspunt. Op iets langere termijn staat een mecenaatsregeling op het programma (fiscale aanmoediging voor investeerders).
En wat met het sociaal-cultureel werk? Dat komt minder aan bod, moest de minister toegeven tijdens zijn uiteenzetting. Dat is jammer, want ook voor het sociaal-cultureel werk zijn effectieve aanvullende financieringsinstrumenten welkom. Op basis van opgedane ervaring met diverse vormen van aanvullende financiering, leven ook in de sector heel wat ideeën over hoe een en ander beter kan. We zetten een aantal suggesties voor minister Gatz op een rijtje:
In de loop van dit jaar wil de minister het verhaal over aanvullende financiering op muziek zetten. De inwerkingtreding is voorzien voor (ten vroegste) januari 2017. Uitkijken dus of hij onze suggesties ter harte zal nemen!