Minster Gatz doet sector naar adem happen

Nieuwe erkenningen

De minister had eerder al beslissingen genomen die om bijkomende middelen vroegen. Zo ging hij over tot nieuwe erkenningen bij verenigingen, instellingen (zie ook vorige berichtgeving) en bewegingen(zie vorige berichtgeving). Bij die laatste werksoort bracht hij ook voor alle organisaties de minimumsubsidies tot aan de decretale ondergrens .

Budget komt vrij, maar niet voldoende

Binnen het decreet kwam geld vrij door de toepassing van een aantal sanctie-mechanismen. Denk aan de stopzetting van een aantal erkenningen en de subsidieverminderingen van 10% of 20% naar aanleiding van de eindevaluatieprocedure.

Maar de meerkost die de nieuwe erkenningen met zich meebrachten, konden ondanks die "besparende" sancties slechts ten dele worden opgevangen door de middelen voorzien binnen het decreet. Zo ontstond een tekort (een klein miljoen euro), dat slechts ten dele door bijkomende middelen van de Nationale Loterij (260.000 euro) kan worden gecompenseerd.

Gevolg: selectieve besparingen

Hierdoor ziet de minister zich genoodzaakt het resterende bedrag (714.000 eruo) te verhalen op een aantal (sub-)werksoorten. De juiste berekeningswijze is ons nog niet volledig duidelijk. Om een meer concreet beeld te kunnen scheppen wachten we nog op bijkomende informatie. Op basis van de bespreking in de commissie concluderen we het volgende:

Zowel de verenigingen als de landelijke vormingsinstellingen en syndicale vormingsinstellingen moeten tot ongeveer 1,5 procent bijkomend inleveren (indien hun subsidie-enveloppe hoger is dan 200.000 euro).

De federaties voor personen met een handicap en de federatie van vormingsdiensten voor personen met een handicap blijven gevrijwaard, net als de bewegingen.

Voorts besliste de Regering de budgetten van de vormingpluscentra niet te verminderen, maar tegelijk het inwonersaantal waarop hun subsidies zijn gebaseerd, niet aan te passen.

Het parlementair debat kan je herbekijken op de website van de Commissie Cultuur, vanaf 1u46m10s.

Net als een aantal parlementsleden, happen ook wij naar adem bij het vernemen van dit nieuws. Het is nu wachten op de precieze cijfers om de impact van deze besparingen correct in te schatten.